Televisieantennes in model
Zo heel lang is het nog niet geleden, maar toch kunnen we het ons nu nauwelijks meer voorstellen. Vroeger stond er op bijna elk huis een televisieantenne. In steden waren de daken vaak zelfs een compleet woud van buizen en kabels. Meer dan een paar zenders kon je analoog niet uit de lucht plukken en als het een keertje stormde, kon vaders het dak op om de weggewaaide antenne weer vast te schroeven. Logisch dat met de komst van de kabel in de jaren 80 de antenne snel verleden tijd was.
Buitenlust is gesitueerd in de jaren 60 en dan kun je niet om de antennes heen. In die tijd hadden we alleen Nederland 1 (tegenwoordig NPO 1) en kon je volstaan met een enkele antenne. Waar je woonde bepaalde welke zendmast je kon ontvangen. Daar hing dan weer de maat van de antenne en de richting vanaf.
Hoe groot is een antenne in 1:43,5? Dat is toch nog even een puzzel. Dit type antenne heet een Yagi-Uda antenne. Hij bestaat uit drie delen: een reflector, een dipol en een director. De dipool is een platte lus, de andere twee zijn ronde staafjes. Aan de hand van de golflengte kun je de maten berekenen. Als we even uitgaan van de zendmast van Lopik dan was de golflengte 6,0 meter (voor de liefhebbers: golflengte = lichtsnelheid / frequentie. Nederland 1 werd uitgezonden op ongeveer 50 MHz).
Reflector = 0,5 x golflengte = 3,0 m en dat is 69 mm in 1:43,5.
Dipool = 0,44 x golflengte = 2,64 m en dat wordt 61 mm.
Director = 0,43 x golflengte = 2,58 m en dus 59 mm.
De afstand tussen reflector en dipool is 0,25 x golflengte en dus 34 mm.
Tussen dipool en director zit 0,13 x golflengte en dus 18 mm.
Alles bij elkaar is het een joekel van een apparaat. Omdat iets op het dak altijd kleiner lijkt als je er vanaf de grond naar kijkt, heb ik de maten uiteindelijk iets naar beneden afgerond om de herinnering niet al te veel geweld aan te doen.
Je kunt de antenne bouwen uit 0,5 mm messing draad en een plat stukje messing voor de ruggengraat. Omdat ik voor een ander project toch al onderdelen liet etsen, heb ik de antennes mee laten etsen. De dipool is dan een los onderdeel wat later haaks op de basis wordt gesoldeerd. De mast is 1,0 mm messing staf.
Een stukje plastic als aansluitkastje en wat garen als antennekabel maken de antenne helemaal af. Met twee beugels - bijvoorbeeld minieme strookjes wijnflescapsule - wordt de antenne aan de muur of de schoorsteen bevestigd. Klaar is de luchthark.
2016